gezinsgericht

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  gezinsgericht    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ge·zins·ge·richt

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  gezin zn  en  gericht bn  met het invoegsel -s- 

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	gezinsgericht	gezinsgerichter	gezinsgerichtst
verbogen	gezinsgerichte	gezinsgerichtere	gezinsgerichtste
partitief	gezinsgerichts	gezinsgerichters	-

Bijvoeglijk naamwoord

gezinsgericht

1. met aandacht voor het gehele gezin

   ▸ Veilig Thuis laat ook weten hoge verwachtingen te hebben van nieuwe plannen voor "kind- en gezinsbescherming" die recentelijk aan de Tweede Kamer zijn gepresenteerd. "De basisprincipes van dit toekomstscenario zijn: gezinsgericht, rechtsbeschermend en transparant, eenvoudig en lerend", schrijft de organisatie in haar reactie. "Belangrijk uitgangspunt is dat er voor kind en gezin één vast gezicht is."

   ▸ Uit huis geplaatste kinderen komen steeds vaker terecht bij gezinshuizen, een kleinschalige en gezinsgerichte vorm van jeugdhulp. Deze vorm van hulp is beter voor kinderen dan grote instellingen. Volgens de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd kunnen gezinshuizen een voorbeeld zijn voor andere vormen van kleinschalige jeugdhulp, want "alleen een groot hart en goede bedoelingen zijn niet genoeg".

   ▸ De hulpverlening aan het gezin verliep planmatig en gezinsgericht, concludeert de Inspectie. De twee betrokken instanties, Stek Jeugdhulp en Bureau Jeugdzorg Rotterdam (BJR), werkten voldoende samen.

Gangbaarheid

• Het woord gezinsgericht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.